Zelf aardbeien kweken

Aardbeien zijn niet alleen gezond maar ook nog eens lekker. Ook de kids zijn er meestal helemaal gek van. Hieronder leggen we uit wat de mogelijkheden zijn en waar je op moet letten wanneer je zelf aardbeien wilt kweken.

Twee verschillende soorten plantjes

1. Doordragende aardbeien

Deze plantjes leveren tot wel 5 jaar na elkaar aardbeien. Het is echter wel aangeraden om na drie jaar de plantjes te vervangen. Bij deze plantjes worden er geleidelijk, het hele seizoen door, aardbeien geproduceerd. Deze plant is dus ideaal als je er het hele seizoen van wilt genieten.

2. Enkeldragende aardbeien

Deze plantjes produceren gedurende 3 - 4 weken veel aardbeien. Dit is meestal tussen juni en begin augustus.

Een handig weetje: Geniet van het beste van twee werelden en combineer beide plantjes in je moestuin.

Planten en verzorgen

De verzorging van de doordragende en enkeldragende aardbeien is vrij gelijkaardig. Het enige verschil is dat je bij de doordragende aardbeiplantjes, meer uitschieters gaat hebben, die kan je best verwijderen als je grote, dikke aardbeien wilt.

Je kan er bij beide soorten voor kiezen om de plantjes in openlucht of in een serre te kweken. Het voordeel aan een serre is dat je 2 tot 4 weken vroeger kan oogsten. Het nadeel hiervan is dan weer dat je zelf goed het vochtgehalte van de bodem in de gaten moet houden. Het is belangrijk dat de grond in de zomer vochtig genoeg is, omdat de plant dan veel water nodig heeft om de bloemetjes en vruchten te produceren. Als de plantjes te weinig water krijgen, gaan er minder en kleinere aardbeien geproduceerd worden. Dit is ook logisch aangezien een aardbei voor maar liefst 90 % uit water bestaat. In de winter krijgt de plant best niet te veel water.

Een handig weetje: Aangezien aardbeiplantjes zeer vatbaar zijn voor ziektes en schimmels, kan je best een dun laagje stro of houtsnippers leggen op de bodem. Dit heeft als voordeel dat de grond koel en vochtig blijft, maar dat het overtollige water wordt opgeslorpt. Ook wordt de vorming van onkruid wordt hierdoor verminderd. Dit heeft dan weer als voordeel dat alle voedingsstoffen enkel naar de aardbeien gaan, en dus niet naar het onkruid. Voor de bodem kan je best een organische samengestelde meststof of zelfs een oude stalmest gebruiken. Aardbeiplantjes houden hiervan en groeien hier het best mee.

Gebruik maken van de aardbeiplantjes of helemaal zelf zaaien?

Zowel de aardbeiplantjes van enkeldragers als doordragers zijn in de meeste tuincentra makkelijk verkrijgbaar. Je kan gebruikmaken van verse aardbeiplanten, die je in de maand augustus koopt. Deze plantjes leggen van september tot oktober hun bloemen voor het volgende jaar. Dit is dus enkel een oplossing als je kan wachten tot volgend jaar.

Je kan ook gebruikmaken van gekoelde aardbeiplanten. Deze plantjes zijn door professionele kwekers in december geoogst en vervolgens ingevroren. Als deze plantjes geplant worden, geven ze al na 10 weken aardbeien. Dit is dus de ideale oplossing voor als je (nog snel) in de zomer nog snel wilt genieten van heerlijke zelfgekweekte aardbeien. Je kan deze planten van maart t.e.m. juni.

Voordelen:

• Gekoelde plantjes zijn eenvoudiger te planten en slaan sneller aan.
• Je kan de spreiding van de oogst zelf creëren.
• Er is minder kans op ziektes en schimmels omdat ze minder lang staan.

Je kan ook zelf de zaadjes planten. Je doet dit dan best eerst in een pot. Eenmaal het plantje voldoende groot is, kan je het dan overplanten in de moestuin, of in een voldoende grote pot.

Een handig weetje: Controleer de aardbeiplantjes goed. Plantjes met bruine/dorre blaadjes, of met donkere wortels laat je best staan omdat deze signalen kunnen wijzen op ziekte. Een gezond plantje moet glimmende groene bladeren en lichte wortels hebben.